De overgangsbepalingen, zoals bepaald in de artikelen 32 tot en met 35 van de CBAM-verordening, zullen van toepassing zijn van 1 oktober 2023 tot en met 31 december 2025.
Uw rol
Overeenkomstig de bepalingen van de uitvoeringsverordening moet de rapporterende aangever via het voorlopige CBAM-register alle invoer van de in de CBAM-verordening bedoelde goederen meedelen.
Onder rapporterende aangever wordt verstaan:
- de importeur die in eigen naam en voor eigen rekening een douaneaangifte voor het in het vrije verkeer brengen van goederen indient;
- de persoon die krachtens artikel 182, lid 1, van Verordening (EU) nr. 952/2013 in het bezit is van een vergunning om een douaneaangifte in te dienen en aangifte doet van de invoer van goederen;
- de indirecte douanevertegenwoordiger, indien de douaneaangifte wordt ingediend door de indirecte douanevertegenwoordiger die is aangesteld overeenkomstig artikel 18 van Verordening (EU) nr. 952/2013, indien de importeur buiten de Unie is gevestigd of indien de indirecte douanevertegenwoordiger overeenkomstig artikel 32 van Verordening (EU) 2023/956 heeft ingestemd met de rapportageverplichtingen.
Het rapport bevat de volgende informatie over de goederen waarop de CBAM-verordening betrekking heeft:
- de hoeveelheid ingevoerde goederen, uitgedrukt in megawattuur voor elektriciteit en in ton voor andere goederen,
- het soort goederen, aangeduid met hun GN-code (gecombineerde nomenclatuur).
Alle informatie die in het rapport moet worden meegedeeld, is opgenomen in de bijlagen bij de uitvoeringsverordening en omvat met name:
- het land van oorsprong van de ingevoerde goederen;
- de installatie waar de goederen zijn geproduceerd;
- de gebruikte productieroutes;
- de specifieke ingebedde directe emissies van de goederen.
Dit rapport bevat de gegevens voor elk kwartaal en moet binnen de maand na dat kwartaal worden meegedeeld. Het eerste kwartaal begint op 1 oktober 2023 en het laatste kwartaal eindigt op 31 december 2025. Hieronder vindt u een tabel met de rapportageperioden en het tijdstip van rapportage.
Periode waarop de rapportage betrekking heeft |
Verzending van het rapport |
K4 2023 (oktober – november – december) |
Januari 2024 |
K1 2024 (januari – februari – maart) |
April 2024 |
K2 2024 (april – mei – juni) |
Juli 2024 |
K3 2024 (juli – augustus – september) |
Oktober 2024 |
K4 2024 (oktober– november – december) |
Januari 2025 |
K1 2025 (januari – februari – maart) |
April 2025 |
K2 2025 (april – mei – juni) |
Juli 2025 |
K3 2025 (juli – augustus – september) |
Oktober 2025 |
K4 2025 (oktober – november – december) |
Januari 2026 |
De rol van de Algemene Administratie van de Douane en Accijnzen
De Algemene Administratie van de Douane en Accijnzen (AAD&A) is niet de bevoegde autoriteit in België. Om die reden is haar rol voorlopig beperkt tot de volgende taken:
- u uiterlijk bij het in het vrije verkeer brengen van de goederen in kennis stellen van uw rapportageverplichting;
- de Europese Commissie informatie verstrekken over de ingevoerde goederen, waaronder veredelingsproducten die voortkomen uit de regeling passieve veredeling. Dergelijke informatie omvat het EORI-nummer van de aangever bij de douane en van de importeur, de achtcijferige GN-code, de hoeveelheid, het land van oorsprong, de datum van de douaneaangifte en de douaneregeling.
De rol van de bevoegde autoriteit
De Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu is in België de bevoegde autoriteit voor de toepassing van de CBAM-verordening.
Hij is eveneens verantwoordelijk voor de correctieprocedures indien:
- een CBAM-rapport onvolledig of onjuist is,
- een CBAM-rapport niet is ingediend.